Niet alleen
gebruikt Yesj zijn kritiek
op z'n tegenstanders voor onderwijsdoeleinden,
hij wist ook situaties te scheppen om bepaalde as-pecten van zijn eigen leer
nader te belichten vlg. Lucky Luke 6:6-11 'Op een andere sjabbatdag ging hij naar de synagoge
en gaf er z'n onderricht. Ook was daar iemand wiens rechterhand gehandicapt ('verschrompeld'

was.
De schriftgeleerden & farizeeën letten op hem, om te zien of hij op de rustdag ook genezingen verrichtte.
[Hij wist wat ze dachten maar] hij zei tot hen:
"IK VRAAG JULLIE OF MEN OP DE SJABBAT GOED MAG DOEN OF KWAAD,
'N LEVEN RÈDDEN MAG OF VERLOREN LATEN GAAN?"
En hij zei tegen de gehandicapte man
"STREK JE HAND ÚIT!"
Híj dééd het èn zijn hand herstèlde zich.
Maar z'n criticasters
werden weer eens razend &
bespraken met elkaar wat ze nu wel
of niet met deze in hùn ogen querulante Yesjoea
zouden kùnnen gaan dóen!' Aangezien de vermelding v/d Farizeeën
i/d 3 synoptische euangelische tradities inconsequent is, is 't waarschijnlijk
dat de toeschouwers in werkelijkheid géén farizeeërs wáren: de typering van hèn als zódánig
is waarschijnlijk ook 't werk van 'n latere redacteur? Bovendien is de bewering over hun drijfveer,
'en ze zòchten naar 'n goede réden òm Yesjoe áán te kunnen klagen' óók secundair! Yehosjoea's verklaring
dat het hem tóegestaan was om 'r Íemand te rèdden in plaats van ook verlóren te laten gaan
was voor veel van zijn toeschouwers & -hoorders zéker niet níeuw: Yesjoea zinspeelde zó op 'n zeer
bekende klassieke uitspraak van de joodse humane benadering van hun medemens, vervat in 'n rabbijnse uit-spraak:
'DÁÁRÒM WÈRD ER AANVANKELIJK NÒG MAAR ÉÉN MÈNS GESCHAPEN IN DE WERELD: ÒM HÈM TE LÉREN DÀT ALS 'N MÈNS 'N ÈNKELE ZÍEL VERLOREN HÉÉFT LÁTEN GÁÁN, DE SCHRIFT HET HÈM AANREKENT ALSOF HIJ 'N HÉLE WÉRELD VERLOREN HAD LATEN GAAN, EN ÂLS EEN MENS ÉÉN ÈNKELE ZIEL RÈDT, REKENT DE SCHRIFT HET HEM AAN ÀLS ÒF HIJ EEN HÉLE WÉRELD GERÈD HAD!'
& déze zìn was zeker ook aan de alexandrijns joodse denker PHILO
(20 BCE-40 CE)
welbekend!
Yesj' creatieve vernieuwingen
hielden dan ook meestal ìn dat híj dìt alreeds bekende joodse principe toepaste
op de houding tegenover de sjabbatdagsrust èn genézingen op deze sjabbatsrustdag?
Maar voor sommigen van zijn toeschouwers maakte zo'n zinspeling op deze overbekende spreuk
de verwarring alleen nog maar gróter! Yèsj, die al enige bekendheid verworven had als 'genézer', kòmt òp sjabbat
in die synagoge voor een man met 'n ge-handicapte ('versjrompelde'

hand te staan: chronisch ziek maar niet gevaarlijk:
zou Yesj deze man genezen? Jazéker wèl! Maar ook op 'n manie die heel goed strookt mèt de inachtneming
vàn de wekelijkse rustdag tussen vrijdagavond en zaterdagavond: dóór déze goede (be)handeling èn dóór
wàt hij ZÈGT lie hij dus eveneens de wáre BETÉKENIS ZÍEN vàn de sjabbatdagsrùst! En natuurlijk prikkelde hij al met al
ook zo nu weer die schijnheilige mensen die er nog niet in geslaagd waren om hèm te betrappen
op 't óvertréden van de wetten!
Bovendien worden i/h oorspronkelijke verhaal, dat grotendeels schuilgaat achter 't grootste deel van deze vertelling in Mat 12:9-14 ook de Farizeeën niet expliciet genoemd! De verwijzing naar de Farizeeën i/d conclusie van Mat 12:14 is niet ontleend aan 't oorspronkelijke verslag maar is op dit punt afhankelijk v/h EU van Mark: in Mark eindigt 't verhaal níet met die machteloze verwarring der fanatici, doch als volgt:
'EN EENMAAL BÚITEN BERAAMDEN DE FARIZEEËRS SAMEN MET DE HERODIANEN METEEN ALWEER HÙN PLANNEN TÉGEN 'M ÒM HÈM ÚIT DE WÈG TE RUIMEN!'
vlg. Mark 3:6! Wat een duidelijke verwíjzing is naar die snel naderende kruisigingsgang (vgl. Mark 15:1!)!
't Ìs echter hoogst ònwaarschijnlijk dat 'de Farizeeën' zó zóuden optreden:
zèlfs de allerboosaardigste onder hèn zou er nooit zó toe besloten hebben òm Yehosjoea òm te brengen alleen maar
omdat hij op de sjabbatdag 'n goede genezing/héling verricht had die nu hoe dan ook
tóegelaten was op de sjabbatdag!
Om deze reden verdient de versie van Luke (6:11) ook hier de voorkeur?!
Kortom:
later toegevoegde
populistische extra opgepepte overdrijvingen
als 'RAZEND', ànger/fury/wrath & 'raakten volkomen hun verstand kwijt' van 'uitzinnigheid'
duiden veeleer op hun opgekropte frustraties & verbijstering?! Als 'n herschrijvende kopiist met in 't achterhoofd
't slot van Mark (vgl. Mark 3:6 & Mat 12:14) is zodoende wellicht misschien wel veel meer bezig met propaganda,
hersenspoeling & 'drijverij' dan wèrkelijk met argumentatie, uitleg & verklaring?! Met andere woorden:
de diverse uiteenlopende bijbelboekrolverhalen 'tussen het begin & het einde' van "Schepping
& Apocalyps" laten een heel rijk scala zien van motieven, bronnen, aanpassingen,
veranderingen en moverende intenties, diepere lagen,
latere toevoegingen & wat al niet!
De vaste wìl
om teksten naar je hand te willen zetten
kan zo dus ook leiden tot meer onduidelijkheid
in plaats van groter verheldering, intensiever diepgang &
humoristische verfijning?
Ieder
myDi'ertje kiest
immers ook zèlf z'n/d'r bronnen,
bewoordingen, illustaties, uitleg
& verhùlling!