4df66b ten tijde van Yesj werd Esav opgevat als 't
symbool voor ROME! Yesjoe, in een anti-imperialistische stemming, depolitiseerde de toenmalige interpretatie van dit bijbelvers met opzet: híj wilde daarmee zèggen dat de Romeinse heersers over de volkeren de macht in handen hadden, maar voor ons betekenen die bijbelse woorden dat de grotere, de leider, de mindere moet dienen! 't Spreekt vanzelf dat wie aan de tafel ligt, belangrijker is dan de dienaar. Maar tòch verricht Yesjoea, dé Mééster, nú aan de vooravond van Pesach de taak van 'n dienaar èn bedíent hij z'n toekomstige apostelen aan de vriendschapstafel? In Mark 10:41 & ook Mat 20:24-28 is deze scène naar voren geplaatst & 't slot v/h Verhaal in Luke 18:27 is vervangen door een àndere, christologische conclusie @ Mark 10:48 & Mat 20:28? Yehosjoea handelde met indrukwekkende & ongewone nederigheid, zèlfs als wordt 'n vergelijkbaar optreden over de in het boek HANDELINGEN genoemde kleinzoon van Gamliël vermeld ook al was dat níet in verband met het paasfeest! In èlk geval 'genàs' YÈSJ in de regel géén niet-joden?! Bij één gelegenheid smeekt een Syrisch-Fenicische vrouw hèm òm háár dòchter te genezen, waarop híj antwoordt wat hij ook z'n discipelen gezegd had in Mat 10:6 "ÌK BEN ALLEEN GESTUURD NAAR DE VERLOREN SCHAPEN VAN ISRAËL"! Maar zíj kwam naar hem toe en knielde voor hem neer en zei: "HÉÉR, HÈLP ME"! Hij gaf haar ten antwoord: "HET IS NIET GOED OM HET BROOD VAN DE KINDEREN TE NEMEN EN HET AAN DE HONDJES TE GEVEN"! Maar zij zei: "JUIST, HÉÉR, WANT WAT DE HINDJES ETEN, ZIJN DE LRUIMELS DIE VAN DE. TAFEL VAN HUN BAAS VAKKEN"!? YÈSJ was ge- & ontroerd dor wat deze heidense vrouw zei & haar dochter 'was genezen vanaf dar moment' vlg. MAT 15:21-28?!
Er is nòg zó'n geval waarin Yesj 'n niet-jood geneest, nl. de dienaar van de Romeinse centurio in Kfar Nachoem naar Mat 8:5-14 & Lucky Luke 7:1-10. Luke vertelt ons dat die centurio geen heiden was, maar een man die G d vreesde! Hij zei tegen Yesj: "HEER ... IK BEN NIET WAARD DAT JIJ ONDER MIJN DÀK KÒMT; ... MAAR ZÈG EEN ÈNKEL WÓÓRD, DAN ZAL MIJN JONGEN OOK BETER WORDEN!" Déze vrome Romein wilde voorkomen dat Uesj door het contact met een niet-jood onreinheid zou oplopen ~ de woningen van heidenen werden als onrein beschouwd - en dus vroeg hij Yesj om zijn slaaf op afstand te genezen? Zie ook YOCH 18:28 & HAND 10:28 & GERIM 3:2! Híj geloofde blijkbaar ook in de macht van deze joodse wondergenezer om op déze manier te genezen op grond van een vergelijking met zijn eigen functie: 'WANT IK BEN IEMAND DIE ONDER BEVEL STAAT, & SOLDATEN ONDER ZICH HEEFT: tegen de één zeg ik: "GA!" & hij gáát, & tegen de ànder: "KOM!" & hij komt, en tegen mijn slááf: "DOE DÍT!" en hij dóet het!' Yesj verbaasde zich over hem toen hij dìt hoorde; hij wendde zich tot de mensen die hem volgden en zei: "IK VERZÉKER JULLIE, BIJ NOG NIEMAND IN ISRAËL HEB IK ZÓ'N GROOT GELOOF AANGETROFFEN!" David Flusser stelt dat 'geloof' híer betrekking heeft op dezelfde houding in het jodendom als in het christendom nl. 'n bijzondere verhouding tegenover "G d"! Déze 2 Verhalen zijn de enige waarin Yesj ook niet-joden geneest: in beide gevallen worden de beslissende woorden niet gesproken door Yesj maar door 'de heiden', en déze wóórden maken op Yesjoe een diepe indruk. Eigenlijk moeten we hier ook nog opmerken dat geen enkele rabbijnse tekst uitspreekt dàt men géén heidenen "Móet of Màg" genézen! 't Beeld dat i/d 3 synoptische euangelies voor ons bewaardgebleven is, is duidelijk: Yesjoea, de jood, wèrkte zó ònder de joden en wìlde alleen werken onder hèn vlg. Mat 10:5-7? Zèlfs SP, dé apostel der heidenen, bevestigt dàt féit!
Yehosjoea was 'r "gebóren ònder de Wèt" in GAL 4:4! HÍj wàs 'TER WILLE VAN G DS TROUW ... EEN DIENAAR VAN BESNEDENEN, ÒM DE BELÒFTEN AAN DE AARTSVADERS WÁÁR TE MAKEN" @ROM 15:8! Ook deze overeenkomsten & verschillen komen we overal nog wel vaker tegen?!
Asih, man, 80 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende