39431/220 Ik Heb Onderweg Geprobeerd Hem Zijn Ozo~
        
Q
GEVAARLIJKE IDEE 
UIT HET HOOFD TE PRATEN, MAAR HIJ WAS 
VASTBESLOTEN. 
'IK BEN DE ENIGE 
DIE ZIJN ZIEL TOT RUST KAN BRENGEN!' zei hij. 
In GIBEAH raadde ik hem aan om Ittaï mee te nemen naar het paleis zodat hij in ieder geval
 'n stevige bewaker bij zich had, maar Dawied zei: "U BENT DE ENIGE DIE MET MIJ MEEMAG 
HEER SERAYAH, WANT DE KONING VERTROUWT Ú!" Dùs gingen we samen, 
ongewapend, ´t paleis binnen. 
Het was niet moeilijk 
om de koning te vinden want we gingen af op het geluid:
 'n hòl gebrul dat vanuit de diepste krochten van 't paleis leek te komen. Ik herinnerde me 
dat Sja'oel in zijn krankzinnigheid de duisternis opzocht en dus wist waar de donkerste vertrekken
 zich bevonden! 
Toen we in de buurt kwamen, 
haalde Dawiedewiedewied zijn lier van z´n rug en
 begon alvast te tokkelen, zodat Sja´oel niet zou schrikken 
van onze onaangekondigde komst.
 ´t Gebrul hield plotseling òp. 
Ik opende voorzichtig de deur waarachter ik hem vermoedde 
& zag hem zitten in het laatste straaltje licht 
dat hier nog kòn binnendringen. 
Dawied liet ´n stilte vallen 
opdat de koning nu kon laten merken 
òf wij welkom waren of niet. 
En in die stilte, 
hoorden we Sja´oels stem heel teder zeggen: 
´Ben jíj het m´n jongen? 
Mijn lieve muzikant?´
 ¨JA,¨ zei Dawiedewied. ¨IK BEN HET!¨ 
Het drong tot me door 
dat Sja´oel Dawied opnieuw 
niet herkende! 
Zijn geest kreeg het niet voor elkaar 
om in de held die Goliath had verslagen 
èn de muzikant die hem al vele malen had getroost één en dezèlfde man te zien.
¨GA ZITTEN M´N JONGEN 
EN SPEEL!¨ 
Dawied ging zitten 
en liet zijn lier zingen als een vogel in het voorjaar. 
Ik zag dat Sja´oels mond openviel & dat hij tot rust leek te komen, maar ik vond ´t verontrustend dat z´n werpspies op zijn schoot lag en dat zijn vingers tijdens Dawieds muziek 
ònònderbroken bleven doortrommelen 
op de schacht. 
Hij sloot zijn ogen 
en liet z´n hoofd achterover vallen als iemand die zich overgeeft 
aan z´n intiemste gevoelens, maar toen Dawied ´n pauze liet vallen omdat hij ´n nieuw stuk 
in wilde zetten, hief hij zijn hand met de werpspies òp en zei: 
´Dàt was heerlijke muziek, m´n jongen, als ´t verkoelende water, 
maar hoe heet je vader ook alweer?´  
´M´n vader heet Isaï van Bethlehem mijn koning,´ 
antwoordde Dawied...

  
    
    
    Asih, man, 80 jaar
 
 
 
        Log in om een reactie te plaatsen.
 
        vorige
    volgende