30938gkbvo538'Láát 'm zìtten waar hij zìt,' riep ~
Q&@IK IN MIJN WANHOOP!
'WAT WÌL JE TOCH VAN DIE MAN?'
'RÉGEN,' zei Achav. 'IK WÌL dàt híj RÉGEN maakt,
& als hij dàt níet dóet ZÀL ÌK de velden met zijn bloed besprenkelen!'
'ALLEEN DE GODEN KÙNNEN DE WIND LATEN DRAAIEN!' zei ik. 'DÀN MOETEN ZÍJ DE WIND LATEN DRAAIEN!'
zei Achav, 'ANDERS HÀK ÌK HÈM IN MÓÓTJES!' Hij was máger geworden! Al dat gejakker onder de hete zon had hem úitgeput?
Zijn ogen stonden koortsig in zijn kop, z'n óógléden waren ontstoken!
ÌK Streelde Hèm, maar dàt bracht hem niet tot rust, ik had hem lief maar kon zijn waan niet uit zijn hart verdrijven!
De enkele keren dat hij thuis was lag hij sikkeneurig in z'n rustbed met z'n gezicht naar de múúr?
En als hij opstond beende hij humeurig de haremafdeling binnen & keer al even chagrijnig weer terug!
IK STOND MACHTELOOS!
Ik haatte m'n tweede zwangerschap, want ze beroofde me van m'n kracht. Athaliyah speelde op de grond & trok aandachtig spinnen & vliegen uitelkaar. Achav bekommerde zich niet om haar & ik vreesde haar onbewogen, koolzwarte blik! Ik vluchtte regelmatig naar het dak & tuurde naar de zee! Ik snakte naar de Cyprische wind als 'n zuigeling naar de moederborst. Tóen de WÌND éindelijk drááide was de koning niet in Samaria. Achaziyah, onze oudste zoon, werd geboren in het derde jaar van de Dróógte. 't Was 'n wazig jongetje dat veel sliep. Als hij al 'n keer wakker werd keek hij lodderig rond, stil van verbazing. Mensen interesseerden hem niet?! Híj scheen te kijken naar iets wat achter de mensen was? Zijn handjes zochten elkaar boven zijn gezicht, maar konden elkaar niet vinden?! Plassen
deed hij daarentegen met 'n grote trefzekerheid! Als hij werd gewassen, kwam z'n piemeltje
overeind en zond een rechte straal de ruimte in,
die zijn verzorgster trof of bij terugkeer
op z'n eigen gezicht
uiteenspatte
Asih, man, 80 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende