Overigens ben ik sowieso veel meer met andere werelden en ouderwetse vormen van escapism bezig. Nu ik weer even geen game bui heb, ben ik weer verder gaan lezen in The Witcher reeks waar ik wat, drie jaar geleden aan begonnen ben? Ik schrijf meer en zit meer in het donker. Of schrijf ik meer omdat ik meer in het donker zit?
Wat ik met licht heb, heb ik niet met stilte. Waar een donkere ruimte comfortabel en sfeervol is voor me, is stilte dat absoluut niet. Ik kan niet tegen stilte. Het is zo standaard geworden dat er iets van geluid aan staat bij me, dat volledige stilte in mijn huis onrustig voelt. Bijna alsof je zit te wachten tussen een flits en de donderklap in. Waar schemering me rust geeft en een stuk concentratie biedt, doet stilte dit absoluut niet. Liever slechte muziek dan geen. Overigens is dat met Poopyfy tegenwoordig geen probleem meer. Alle nummers die ik wens, binnen vier klikken in bereik.
In mijn afspeellijst staan er een aantal nummers die inspelen op mijn gedachten. Vooral omdat ik ze niet wil vergeten, maar afspelen doe ik ze niet. Alsof ik bang ben wat ik vind als ik diep naar binnen kijk zonder afleidingen en met katalysatoren. Ik dacht dat het beter ging met de jaren, maar misschien ben ik nog steeds bang te vinden dat ik mezelf niet aardig vind, of dat ik me hopeloos of verdrietig voel. Misschien kan ik het ooit aan mijn gedachten te trotseren. Ooit, niet vandaag.
In plaats daarvan denk ik liever aan haar, en probeer ik te bedenken hoe belangrijk ze voor me is. Ironisch genoeg misschien het belangrijkste wat ik in het leven kan vertellen, en het lukt me niet de woorden te vinden. Oh de ironie, de verteller die geen woorden heeft. Wat een prutser. Wie heeft hem ooit überhaupt een verteller genoemd.
Er waren tijden, vooral toen ik verdrietig was en mezelf onmogelijk in de weg zat, waarin ik schreef en mensen dachten dat het over hen ging. Dat ik ze werkelijk kende, of alles van ze wist en daarom zo accuraat kon beschrijven wat ze voelden. We realiseerden ons alleen niet dat de emoties die we voelden, de verhalen die we meemaakten, niet uniek waren. Weinig aan dit menselijke bestaan van ons blijkt achteraf gezien volledig uniek te zijn. Maar toen wist ik dat niet. Ik vond het vooral onzin, gezien het maar woorden waren die door mijn hoofd spookten. Het maakte niet uit of ze oprecht of verzonnen waren. Het moest er gewoon uit, omdat ik mijn verdriet niet anders kon verwerken dan dat. Die pijn maakte het mooi, zegt men. Maar ik zag niets anders dan die rode waas van pijn en woede.
En nu ik een keer at loss for words ben, struikel ik over een lied dat mijn relatie woord voor woord omschrijft. Het is een klein liedje, geen bombarie, dansen, drums, lichten... Een man met een gitaar. Een man die ironisch genoeg Dandelion (Jaskier) speelt in de Live Action Witcher serie. Je weet wel, die boekenreeks die ik weer opgepakt heb.
De woonkamer is absurd groot wanneer ze niet hier is. Het bed abnormaal koud. Kleuren springen niet van de TV zoals ze eens deden. Humor is niet zo grappig als het ooit was. Tijdelijk zit ik alleen in het huis dat geen thuis is zonder haar. Het is tijdelijk, maar ik heb mezelf weer aan moeten leren alleen te kunnen zijn. Het gaat stapje voor stapje beter. Misschien omdat ik mezelf verstop in fictieve werelden wanneer ik alleen in het huis ben. Echt vluchten gaat echter niet. Want of ik mentaal nou in Leiden, New York, Brokilon, Omashu of The Lost Realms ben, ik mis haar overal.