gkbvoui267 De liefde loopt nooit goed af!
DÀT ÌS HÁÁR ENIGE GEBRÈK?
Àls we al levenslàng liefhebben, dan hebben we lief tot de dood ons scheidt!
De Filistíjnen kwamen terùg èn bedréigden me! Ze gaven me nog één kàns vóór ze me een gruwelijke dood zouden laten sterven?!
Hèt Éinde wàs nabíj, er was géén rèdding meer? We wìsten het, maar víerden kòppig ònze líefde àlsòf we 't ÉÉUWIGE Léven hàdden!
Òp de dàg waarop de Filistíjnen zich opnieuw achter mijn gordijn verbòrgen zouden gaan houden, zei Simson: "ÀLS JE MIJN HAAR ÀFKNIPT, ZÀL ÌK NÈT ZÓ ZWÀK ZÍJN ÀLS ÍEDER ÀNDER!" Ik wìst mètéén dàt hij de WÁÁRHEID sprak òmdàt het zó onwaarschijnlijk wàs, maar òndánks de bitterheid vàn dìt besèf, wèkte het míjn nieuwsgierigheid?'
"HÓE KÒMT DÀT DAN?" vroeg ik. "GELÓÓF JE ME NIET?" vroeg hij. "O ja mijn lief, ik geloof je!" riep ik uit. "MAAR JE SPIEREN ZITTEN TOCH NIET IN JOUW HÓÓFDHAAR?" "Ik verlíes mijn kracht omdat ik mijn haar níet màg àfknippen van Gòd!" "O," zei ik, want ik wàs met stòmheid geslagen: Ìk hàd nòg nóóit éérder zùlk 'n raar verbòd van ÉNIGE god vernómen.
"Maar Ìk hèb er genoeg van," zei Simson. "Híj hééft míj in de steek gelaten! Ìk hoopte dat 't volk mijn voorbeeld vòlgen zou & de wapens zóu opnemen tégen onze onderdrukker! Wíj Daníeten stèllen niet veel voor: wij Bestáán slechts úit één Famílie, maar Ìk dâcht dat Gòd me de leiding geven zou òver de machtige stam van Yehoedah! Nú níemand míj vòlgt, móet Gòd 't verder maar zèlf uitzoeken!"
Misschien is dìt hèt àllertreurigst WÀT 'n mènsch overkomen kàn: dàt z'n góden 'm òpzádelen mèt 'n òpdràcht díe ònúitvóerbaar ìs?! Díe mens zìnkt WÈG ìn z'n wànhoop: hij hèft z'n hànden ten Hémel, maar 'de goden' geven 'níet thúis'! Er rèst hèm slèchts één laatste úitweg: de dood, òmdàt hij pàs ìn 't dodenrijk van hèn Verlòst ìs?
De Filistíjnen kwamen terùg èn bedréigden me! Ze gaven me nog één kàns vóór ze me een gruwelijke dood zouden laten sterven?!
Hèt Éinde wàs nabíj, er was géén rèdding meer? We wìsten het, maar víerden kòppig ònze líefde àlsòf we 't ÉÉUWIGE Léven hàdden!
Òp de dàg waarop de Filistíjnen zich opnieuw achter mijn gordijn verbòrgen zouden gaan houden, zei Simson: "ÀLS JE MIJN HAAR ÀFKNIPT, ZÀL ÌK NÈT ZÓ ZWÀK ZÍJN ÀLS ÍEDER ÀNDER!" Ik wìst mètéén dàt hij de WÁÁRHEID sprak òmdàt het zó onwaarschijnlijk wàs, maar òndánks de bitterheid vàn dìt besèf, wèkte het míjn nieuwsgierigheid?'
"HÓE KÒMT DÀT DAN?" vroeg ik. "GELÓÓF JE ME NIET?" vroeg hij. "O ja mijn lief, ik geloof je!" riep ik uit. "MAAR JE SPIEREN ZITTEN TOCH NIET IN JOUW HÓÓFDHAAR?" "Ik verlíes mijn kracht omdat ik mijn haar níet màg àfknippen van Gòd!" "O," zei ik, want ik wàs met stòmheid geslagen: Ìk hàd nòg nóóit éérder zùlk 'n raar verbòd van ÉNIGE god vernómen.
"Maar Ìk hèb er genoeg van," zei Simson. "Híj hééft míj in de steek gelaten! Ìk hoopte dat 't volk mijn voorbeeld vòlgen zou & de wapens zóu opnemen tégen onze onderdrukker! Wíj Daníeten stèllen niet veel voor: wij Bestáán slechts úit één Famílie, maar Ìk dâcht dat Gòd me de leiding geven zou òver de machtige stam van Yehoedah! Nú níemand míj vòlgt, móet Gòd 't verder maar zèlf uitzoeken!"
Misschien is dìt hèt àllertreurigst WÀT 'n mènsch overkomen kàn: dàt z'n góden 'm òpzádelen mèt 'n òpdràcht díe ònúitvóerbaar ìs?! Díe mens zìnkt WÈG ìn z'n wànhoop: hij hèft z'n hànden ten Hémel, maar 'de goden' geven 'níet thúis'! Er rèst hèm slèchts één laatste úitweg: de dood, òmdàt hij pàs ìn 't dodenrijk van hèn Verlòst ìs?
19 okt 2015 - bewerkt op 22 okt 2015
- meld ongepast verhaal
Log in om een reactie te plaatsen.
- O 08 dec 2025 5023760 De farizeeën raakten betrokken bij de bur-
- O 08 dec 2025 5023659 In de tombe is ook ‘n tekening te zien van
- O 08 dec 2025 50235 58 Tòch valt er wel iets te zeggen voor deze
- O 07 dec 2025 50231 Die uitspraak is ook belangrijk omdat ‘t ons
- O 07 dec 2025 50230 Er is nog een controverse over de vergeving
- O 07 dec 2025 50229 57 Net als in de periode van de man met deze
- O 07 dec 2025 50228 Wellicht waren er omstanders vervuld van
- O 06 dec 2025 50227De verwijzing naar de Farizeeën i/d conclusie
- O 05 dec 2025 50226”Daarom werd er maar één mènsch geschapen i/d
- O 04 dec 2025 5022555Niet alleen gebruikt Yehosjoea zijn kritiek
- O 04 dec 2025 50224 It is not a Serpent that Kills, JUDAISM, 550
- O 04 dec 2025 50223 Zelfs dat punt werd niet eens al te vaak op-
- O 04 dec 2025 5022254 YESJ zou het niet zó gezegd hebben: ‘t was
- O 04 dec 2025 50221Als ‘t klopt dat deze uitspraak belangrijk is
- O 03 dec 2025 50220 ‘n Joodse schrijver uit die tijd had beslist