DER
TIJDEN NABIJ
WAS GEKOMEN ÈN
DAT YESJ SPOEDIG TERUGKEREN
ZOU ÒM LEVENDEN ÈN DÓDEN TE BEOORDELEN (de zg. 'Parousie'

?!
Maar pas i/d 4e eeuw CE, toen hùn Kèrk niet langer vervolgd werd & zíj 't gevóel kregen
dat dit 'einde v/d wereld' wel heel erg lang op zich wàchten liet, begonnen ook de christenen
zich veel meer bezig te houden met de vraag wàt er ná de dood gebeuren zou met de zíel!?
En óók híerbij toonden zij zich uiterst fantasierijk! Theologen als Ambrosius van Milaan of
Gregorius van Nysse raakten er niet over úitgeschreven: daar gaven ze dus wèl blijk van?
I/d 6e eeuw stelde paus Gregorius de Grote zèlfs 'n káárt v/h 'hiernamaals' op, met 't paradijs
v/d rechtvaardigen i/d hemel, vlak bíj God, 'n onderaardse hèl met zwavel, vúúr & pèk èn een soort
van overgangsgebied waar de ziel uiteindelijk danig gelouterd werd, wat in de 12e eeuw het vagevuur
zou gaan heten & graag werd genoemd ter aansporing van goede daden zoals aalmoezen & bijdragen!
Nu níemand bijna meer verwachtte dàt die voornoemde eindtijd ophanden was, probeerde men ietwat beter
te begrijpen wàt de overledene ná de dóód te wàchten stond?!
En daaruit kwam dan de idee van individuele beoordeling verder voort:
op grond van z'n 'geloof' èn zijn góede werken èn/òf slèchte dáden zou de betreffende
Overledene Direct ná de dóód òfwel naar Het Paradijs gaan (de aanschouwing van God door de uitverkorenen!),
òfwel naar een tijdelijke hèl, òf naar 'n Oord van Loutering dat op 'n Goede Dàg toegang tot 't Paradijs verschaffen
zou? De gedachte bleef echter dat pas aan 't einde der tijden, wanneer CHRISTOS weer verschijnen zou òm alle mensen
nauwkeurig te beoordelen, ook 't lichaam herrijzen zou & definitief vastgesteld zou gaan worden voor wíe 'n eeuwig, hoogst
gelukzalig LÉVEN weggelegd was èn wie op 'n eeuwig verblijf moest rekenen 'in de hèl'!
't Tiert ook nu nog welig her & der ...