Al sla je me dood

Goed weggestopt, heb ik het weer. Vorige week dinsdag een gesprek dat verwarring en frustratie bracht. Compleet met chaotisch hoofd even niet weten wat te doen, toch maar gaan doen wat ik moest doen: naar studiegenootje om daar met andere studiegenootjes te eten. Daarna toneel te spelen. Alsof ik daar niet allang mee bezig was.. Zodra ik daar aankwam was er niets meer aan de hand, blije ik was er weer en oh wat was het gezellig.

Na toneel tegen beter weten in bier drinken, wat zag ik op tegen de komende dagen. Maar ook die heb ik overleefd: mijn zijn weggedrukt zodra die dreigde. Het lukte niet altijd, op sommige momenten kwam het donkere bolletje weer aan mijn hart kleven, maar over het algemeen wist ik te ontsnappen. Doorgaan, constant. Door. Door. Door. Vooral niet bespreken wat je dwars zit. Het is er niet, je voelt het zelf ook niet. Ja, onrustig voel je je en je hoofd gaat steeds meer zweven en ja, het donkere bolletje gaat zich steeds meer verspreiden. Als een olievlek breidt het uit, terwijl je het probeert weg te lachen, er af probeert te rennen, probeert weg te spoelen met alcohol. Het werkt niet. De vlek verspreid, tot het moment dat het je ogen heeft bereikt en je niets meer ziet. Je raakt volledig in de war, nu zijn alle impulsen teveel want je zintuigen zijn niet meer op orde. Je weet niet meer wie je bent, wat je doet, wat je denkt, alleen nog maar bezig met de paniek te onderdrukken.

Vandaag is een dag dat ik de olie ook in mijn oren wilde. Afsluiten. Mezelf. Van alles. Ik kon er niet meer tegen, werd gek. Het bolletje wilde aandacht, ik gaf het niet. Ja, dan gaat het zich verspreiden tot je het wel aandacht geeft. Het moment is aangebroken. Ik ben doorgerend, omdat ik deels niet wist wat ik ermee moest. De verwarring, ik kon het niet uitspreken. De onwetendheid, het maakt gek. Constant ben ik er mee bezig, maar ik kan het niet kwijt. Het is niet zomaar iets. En er is gauw over uitgesproken, ik weet het zelf ook niet. Help mij. Is wat ik wil schreeuwen tegen de hulpverleners. Ze zou bellen. Dinsdag of vandaag.. Niks gehoord. Help. Want ik word gek van mij, van de onrust, de gedachten, de onvoorspelbaarheid, de onverklaarbare somberheid, de remloze acties, maar vooral die onrust toch. Die onrust die me boos maakt op mezelf, die me dingen laat doen die ik niet ben, die ervoor zorgt dat ik niet kan huilen. Zodra er enige tranen dreigen te komen word ik alleen maar heel erg boos op mezelf. De neiging om mezelf compleet naar de tyfus te slaan, slaat dan toe. Ik ben het zat nu om aan te geven dat het niet goed met me gaat, ik haat het als mensen vragen 'maar wat voel je dan, ik wil het begrijpen?'. Het is lief, maar ik haat het om die persoon te zijn die dan even uitlegt hoe het voelt om niet meer te willen. Ik kan dat niet uitleggen, dan voel ik me een aansteller, een blok aan het been, een goor irritant zeikwijf. Een vlek aan de blauwe lucht. Of een extra druppel in de zwarte zee. Ik wil het niet. Ik wil het niet. Ik wil het verdomme niet! Ik heb het aangegeven en dan wil ik er vanaf zijn!! Ik wil actie, ik wil verdomme dat het goed gaat nu. NU. ACTIE.

Waarom ik niet gebeld ben is me een raadsel. Wanneer ik in vredesnaam wel eens meer ga weten is net zo'n raadsel. Ze wilde niets door de telefoon vertellen, moest nog even overleggen met de psychiater, zou me dan bellen om een afspraak te maken. Dan weet ik dus nog niks. Tot die verdomde afspraak die vast weer over een paar weken pas is. Agressie, wanhoop, moedeloosheid, irritatie. Alles is aanwezig. En wat ik er mee moet?

Al sla je me dood..
14 nov 2014 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van Damn
Damn, vrouw, 31 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende