KREEG ALGAUW DOOR
 HOE HET ER IN HET KAMP AAN TOEGING! 
Niet alle gevangenen werden buiten 
het kamp in ploegen aan het werk gezet; Hanna's vaardigheden - 
behalve in timmeren was ze ook bedreven in sloten maken & glas zetten - waren té kostbaar om te verspillen
aan zinloze arbeid en dus werd zij ingezet als manusje-van-alles, waardoor ze kon rondneuzen in kantoren en 
barakken & spulletjes kon verzamelen - 'n oude krant, of misschien wel 'n mes -, die ze naar haar eigen barak
meesmokkelde. Haar beste trofee was een beduimeld exemplaar 
van Tolstoys 
Oorlog en vrede. 
Goebbels had Tolstoys boeken al lang geleden 
in de bàn gedaan, evenals andere 'opruiende' boeken van schrijvers 
als Kipling, Hemingway, Remarque & Gide! Ze werden meestal ofwel verbrand,
 ofwel als toiletpapier gebruikt?!!
Hanna had het boek vermoedelijk gered 
uit een voorraad toiletpapier!? Ze hoopte op een kans het met haar
kameraad te kunnen lezen. Aangezien elke minuut van de dag inmiddels geregeerd werd door loeiende 
sirenes & regeltjes, was 't moeilijk om met vriendinnen te praten. Er waren geen stille hoekjes, geen 
geheime steegjes waar gevangenen omgezien naartoe konden glippen. In de barakken zaten de vrouwen 
zo dìcht òp elkaar gepakt en werden ze zo angstvallig in de gaten gehouden - ze moesten ook constant in 
beweging blijven - dat individuele contacten of de vorming van kleine groepjes nauwelijks mogelijk waren,
wat ook precies de bedoeling was 
van het leven in de barakken. 
De arts Doris Maase vond de constante 
aanwezigheid van schoelje verschrikkelijk, maar in de gecensureerde 
brief die ze naar huis schreef, koos ze zeer zorgvuldige bewoordingen om haar ellende te beschrijven: 'Ik wou 
dat ik zo in elkaar stak dat ik me niet zo zou hoeven moeten ergeren aan de stupiditeit & afgestomptheid, 
maar ik kan er gewoon niets aan doen... Het klinkt misschien wel paradoxaal, maar na verloop van tijd 
zou je wensen dat je een kluizenaarster was in plaats van 
voortdurend onder de mensen te moeten zijn!' 
