31056gkbvo584 Tóen wij eindelijk alleen waren en ~
Q&@
DE STILTE
WAS NEERGEDAALD OVER SJOMRON,
KON HIJ NIET SPREKEN EN NIET SLAPEN.
HIJ WILDE NIET NAAR BED, MAAR LAG OP EEN RUSTBANK
MET ZIJN GEZICHT NAAR DE MUUR! Ik streelde zijn haar en zijn rug ~
het was of ik een ongeschaafd stuk hout streelde, weerbarstig & ruw, zònder sóepelheid?
Ik durfde niet te vragen, ik wachtte af als 'n slavin die aan-geleerd heeft niet als eerste het woord
te nemen? Oh, sliep hij maar! Ik voelde aan zijn gespannen nèk dat hij met opengesperde ogen
naar de Múúr staarde. Pas toen de zon opkwam sliep hij in, maar zijn lichaam bleef verkrampt
& stijf als un houtblok! Hij draaide zich niet één keer òm, gaf geen geluid & bewoog niet.
Ik kon niet slapen vóór ik wìst hóe Ìk hèm tot leven kon wekken. Ik durfde
ook niet weg om te offeren & de goden om het Leven van mijn man
te smeken, dus smeekte ik maar dáár bij de
RUSTBANK! Ik had geen formule bij
de hand voor iemand die
niet stervende is en
tòch tot léven
moet worden
gewèkt.
Asih, man, 80 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende