30926gkbvo527 'Kom hier,' zei ik. Hij deed het & ~

bleef dociel staan. Ik voelde geen triomf. Ik was blij, niet omdat ik hem zogenaamd overwonnen had, maar omdat ik misschien wel een sleutel gevonden had tot zijn hart die voor altijd PÀSSEN zou?! 'Kleed je uit, staljongen!' zei ik, 'zodat ik je schaamteloze gestaar met gelijke munt betalen kan!? ACHAV keek òp & grijnsde verlegen. 'IZEBEL!' zei hij. Maar ik liet hem niet ontglippen en lachte niet terug...
'DÓE wat ik zèg,' zei ik vriendelijk, maar zonder een zweem van intimiteit, 'ik doe je geen kwaad!' De koning verzonk weer in zijn droom & z'n ogen werden fluwelig, zijn handen beefde toen HIJ zich ontkleedde. Ik liet hem een tijd staan, naakt & gloeiend. Hij glom van het zweet, zijn zware geur vulde het vertrek. Toen nam ik hem in mijn armen. Ik kuste zijn schouders en nek. Ik likte zijn borst, ik mat z'n harde billen in mijn handen. Hij klappertandde terwijl het héét was. Ik was in het hart van zijn droom en ik was daar graag, want zijn droomkans voor mij als een warm bad! 'Ga liggen, staljongen,' fluisterde ik, 'en wend je onbeschaamde ogen van me af, want ik ben de koningin!' Hij ging op het bed liggen, zijn bruine lijf gestrekt als een dier dat zich wellustig wentelt in de zon. Gezegend is Samaria, dacht ik, omdat het mij DÉZE MÀN schònk. In heel Fenicië is er geen als hij! Ik tilde mijn kleed op & zat bovenop hem. Ik bereed hem als een paard. Hij gluurde tussen zijn wimpers door en zag mijn hartstocht. Zijn handen klauwden naar mijn borst, maar ik drukte zijn polsen tegen het bed. Hij gaf zich over en zeilde met gesloten ogen weg in zijn droom. Mijn genot schoot venijnig door mijn aderen, hij was de lust van mijn ogen, mijn neus, mijn huid, mijn tong. Hij schreeuwde zó hard dat hij het eeuwige gekraai van de hanen en het geblaf van de honden overstemde. Het Hof hield zijn adem in. Ik hoorde mijn eigen stem door de ZIJNE gieren en schaterde vanbinnen, omdat ik wist hóe schandalig onze liefde was en hoe onze schande Samaria drenkte in het gif van de jaloezie. Hóe kòn het dat Israels koning zich zó schaamteloos overgaf aan de 'Sidonische' hoer? Waren er geen schone vrouwen in Israel? Was er goddeloze tovenarij in het spel! Het gevaar, het gelispel van hatende stemmen in mijn oren, de zekerheid dat zowel mannen als vrouwen in en rond 't Paleis hùn onderbuik voelden opspelen terwijl ÌK met ACHAV de liefde bedreef, joeg mijn genot naar extatische hoogten! Toen ik schokkend van pret zijn zaad in mij ontving, was ik nog hoog in de bergen en niet van plan om het dàl òp te zoeken. Ik likte zijn oor... 'Wàcht, stal-jongen,' fluisterde ik, 'blijf stil liggen. Ik kleed me uit en dan doen we het nog een keer!'