30922gkbvo523 ut híelp níet ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Q&@
TOEN ACHAV KONING WERD WAS ER AL EEN BITTERE VIJANDSCHAP ONTSTAAN TUSSEN MIJ EN DE GODS-DIENSTIGE LEIDERS VAN ISRAËL! De tijden waren veranderd? Israël wìlde géén Salomo meer, die een ópen óóg had voor de wéreld ÈN zíjn TeMPeL door de Tyriërs liet bouwen. Het door Feniciërs gebouwde Samaria was hèn 'n doorn in het oog! Ze wilden hun grenzen dol-graag sluiten opdat níemand meer 'n kritische blik op hun waarheid kon slaan? Er was een man aan het hof die geen profeet was, maar wèl een onvoorwaardelijke vereerder van de god van Israël! OVADYAH was zijn naam. Hij was een uitzonderlijk verstandig man. En hoe-wel hij zo goed als alles wat ik deed afkeurde, mocht hij mij! Soms zag ik zelfs medelijden in zijn ogen, waarvan ik razend werd, want 'n dochter van Tyrus heeft immers niemands medelijden nodig? Toch vertrouwde ik hem, omdat híj van oprechtheid leefde. Bovendien ver-joeg hij dagelijks voor mij de honden van de binnenplaats! Ik besloot OVADYAH raad te vragen over de vijandigheid van de profeten en ontbood hem toen ACHAV in MEGIDDO bij de cavalerie was. Ovadyah stond voor me en vermeed me aan te kijken. Ik bewonderde de trotse eenvoud van deze man, zijn strenge gezicht, zijn grove handen die 'n eenvoudige afkomst verrieden. 'Vertel me, hofmaarschalk,' zei ik, en het was alsof ik mijn vader iets vroeg, 'hoe is het toch? Is de koning verantwoordelijk voor al zijn onderdanen of id hij slechts verantwoordelijk voor een déél van de mensen die in zijn land wonen?' OVADYAH zweeg làng! Ik zàg dat die vraag hem irriteerde.........
'Moet ik antwoorden op een vraag waarop de vrouwe het antwoord al vanaf haar kleutertijd kent?' vroeg hij nors. Ik was er inmiddels achtergekomen dat het Hebreeuws geen vrouwelijke vorm voor het woord kóning kent! Ik bedacht er zelf een, maar Ovadyah weigerde die van me over te nemen en noemde MÍJ dus stijfjes 'vrouwe'. Ik glimlachte. 'We zijn 't dus eens,' zei ik. 'De koning is verantwoordelijk voor àllen die zijn land bewonen. Hóe kan het dan dat de profeten hèm juist díe verantwoordelijkheid betwisten?' Ovadyah keek me fèl aan. Zijn blik schokte me, omdat ik hem kende als een voorzichtig man. 'Uw raadgevers hebben u vals voorgelicht,' zei hij. 'Geen van de profeten ontkent de rechten of plichten van de koning! Profeet of boer, soldaat of edelman, huisvrouw of hoer: al wie de koning niet erkent, moet ter dóód gebracht worden!' Ik zuchtte, omdat Ovadyah niet begreep wàt ik hem wilde zeggen? 'Ovadyah,' zei ik, 'ik vraag u, kijk me in mijn gezicht, zodat u me beter begrijpt, ook al druk ik me onbeholpen uit!' Ovadyah trok een ongelukkig gezicht............
22 feb 2018 - bewerkt op 25 feb 2018 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van Asih
Asih, man, 80 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende