30418gkbvo429 Ìk betrad Hèt Paléis toen de Zòn op
Q
ZIJN HOOGSTE STAND AAN DE HEMEL STOND EN HET KWAM WELLICHT DAARDOOR DAT DE GANGEN EN VERTREKKEN WAAR IK DOORHEEN LIEP MÍJ ZEER DUISTER VOORKWAMEN, ZÓZÉÉR HÀD HET ZÒNLICHT ME VERBLIND?! Doorgaans wennen mijn ogen wel snel aan nieuwe omstandigheden, maar dikkere blééf de dúisternis hàrdnèkkig hàngen àls 'n gòrdíjn dat té zwáár was òm te worden op-gehaald of opengeschoven!? Ik herkende Jefunne pas toen ik zowat TÉGEN hèm òpbòtste en dáárdóór róók ik overduidelijk óók dat hij 'r héél àndere opvattingen over nahield dan IK over lichaamsverzorging, maar híj stàmde dan ook úit 'n gansch andere tíjd! Mìsschien had hij óók nog wel ìn 'n tènt gewoond èn wàs híj nog steeds níet ècht gewènd geráákt aan 't moderne stadsleven met alles wat erbij hoort?
'Àls uwe majesteit mij wil vòlgen?' mompelde hij! Ik vòlgde de stoffende stoffige voeten van Jefunne die nu blindelings hùn wèg vònden door het labyrintisch galgenstelsel van Hèt Kóninklijk Paléis? Hoewel we geen tràp àfgingen had ik tòch de ìndruk dàt we àfdaálden naar de àllerdíepste regionen, maar kèlders waarvan Ik het bestaan nooit had gewéten of zelfs maar vermoed! Het was er aardedonker, erg koud èn vòchtig? Ik méénde zelfs al hier en daar gekreun en gesteun te horen, maar ik wist niet òf dàt geluid van MÈNSEN kwam of van krakende balken! Jefunne opende een deur en liet me een vertrek binnen... 'Gaat u zitten,' zei hij en wees naar een houten bank TÉGEN één van de múren. Toen ik zàt kéék ik RÈCHT naar den àndere deur in de verte, waardoor Jefunne verdween, en Ìk begréép dàt Ìk in un soort van werkkamer zat?! Het verbaasde me dat IK Hèt Paléis waarin ik nota bene opgegroeid was zó slècht kènde!? Ìk besèfte dàt dus al heel vroeg véél voor mij verborgen gehouden wàs! Ut duurde niet lang of de deur waardoor Jefunne was verdwenen ging nu opnieuw open: ik zàg Jefunne stáán ìn de deuropening, maar verder was er niemand? Tòch liep hij langzaam schuifelend in mijn richting en tóen hij een paar meter gevorderd was mèrkte ik dàt IK iets over het hoofd had gezien: Jefunne wàs níet àlléén! Náást hem was nog iemand!
'n Màn. Maar déze man líep níet. Híj króóp. Hij kroop als 'n hònd náást Jefunnes vóeten óver de GRÒND! Ìk begréép nú nog stééds níet mètéén wááròm hij dàt dééd. IK dàcht éérst aan een overdreven uiting van onderdanigheid, maar toen de man dichtbij was èn Ìk hèm míjn hànd reikte òm hèm te hèlpen bij ut òpstaan, nam híj die níet aan, omdat hij, zoals hij 't uitdrukte 'geen been hàd òm òp te staan'!
Tóen pàs zàg Ìk dàt híj dìkke handschoenen droeg èn dàt zíjn knieën beschermd werden dóór vernùftig vòrmgegeven hóuten kòmmen...
déze man króóp níet zomaar vóór éven, híj króóp voor àltíjd & 'k begreep dat dìt zielige hoopje mèns ònmógelijk dé verkràchter kòn zijn
...
Asih, man, 80 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende