22044/124dìtlichaamzouverantwoordelijkzijnvoordeze
SOCIALE ZAKEN
VAN DE NÌET-JOODSE BEVOLKING
ÈN ZOU GERAADPLEEGD WORDEN OVER ALLE IMMIGRATIEZAKEN,
MET NAME ALS DIE WELLICHT SCHADELIJK KONDEN ZIJN OF WORDEN
VOOR DE NIET-JOODSE BEVOLKING.
Het verschil tussen deze twee instellingen wàs dat het Arabisch Agentschap
slechts de belangen van de inheemse Arabische bevolking behartigde, terwijl het Joods Agentschap
de ambities vertegenwoordigde die de joodse gemeenschap uit de hele wereld
in Palestina had.
Bovendien zou het Arabisch Agentschap
benoemd worden door de High Commissioner,
terwijl het Joods Agentschap een democratisch orgaan was.
En dus werd ook de instelling van het Arabisch Agentschap binnen het Mandaat door de Arabieren afgewezen.
't Ministerie van Koloniën gaf aan de Hoge Commissaris daarop de opdracht om onderhandelingen met de Arabieren te staken
en het land verder te besturen met behulp van een adviesraad bestaande uit Britse ambtenaren. Deze raad werd eind 1923 geïnstalleerd. In oktober '22 al stuurden de Palestijnen een delegatie naar Lausanne, waar een conferentie gehouden werd
die de strenge voorwaarden die in het Verdrag van Sèvres aan de Turken opgelegd waren, moest afzwakken. Onderweg
naar Lausanne bezocht de delegatie Turken: men opende de voorbesprekingen met de Turkse autoriteiten om zo te
kunnen komen tot Turkse steun voor de aanpassing van artikel 95, dat de Balfourverklaring bekrachtigde;
de Turken weEn die steun àf omdat ze het verlies van hun Arabische grondgebied een belangrijke
oorzaak vonden voor de ineenstorting van het Ottomaanse Rijk en hun nederlaag in de Eerste
Wereldoorlog. De Palestijnse delegatie bereikte vervolgens óók
weer niets op de conferentie
in Lausanne.
Asih, man, 80 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende