), de trappen op, een verdiep lager, opnieuw naar het tweede verdiep, naar beneden en terug naar de sportzaal. Dit alles om tijdens het eerste uur in de namiddag te weten te komen dat Bart zijn camera had! Ik had het kunnen weten, de onderkruiper!
Meteen deed ik alsof ik hem te lijf ging gaan (want is wel plezant zo met hem dollen
). 

Zo konden we nog even langs de Delhaize gaan, om chips te gaan kopen. Onderweg kwamen we Ilse tegen, die blijkbaar in de problemen zat. Zoals onze wet zegt besloten we onze mede-gids (scouts) te helpen. We gingen rond haar staan, en vroegen wat er aan de hand was. Blijkbaar had Ilse een moterhelm op straat zien liggen, hem opgepakt en in de wei ernaast gegooid. Er kwam op dat moment niet iemand voorbij gereden, die meteen omkeerde en de helm ging oprapen. Daarop waren de eigenaars tevoorschijn gekomen om van hun oren te maken. Ze verweten haar dat de helm VIJFHONDERD euro koste, en dat ze hem moest terug betalen! We hadden zo iets van 'Fuck you' en wouden wegwandelen. Tot die man opeens riep dat hij de gendarmes op ging bellen. Ilse sloeg in paniek, en riep dat ze dat nooit zou kunnen betalen. De man antwoorde dat haar ouders dat dan maar moesten doen. 'Maar er is niet eens een barst in die stomme helm!' riep Ilse terug. En inderdaad, er was niets te zien. Toen zei de man dat die inwendig gebarsten zou zijn, en het niet zou houden. En hij kon het weten, want hij had drie harley Davidsons. De eikel! Toen zei Ilse 'En hoe weet ik dat er echt een barst is? Het zou wel mooi zijn, ik vijfhonderd euro afdokken voor niets!' Toen de man: 'Ik zou het kunnen laten onderzoek, maar dat kost je weer zeshonderd euro meer!' Boos draaide Ilse zich om, en begon te telefoneren terwijl ze wegliep. 'Hey, hier blijven gij!' riep de man. Hij had gelijk, ze was niet aan het bellen, het was een poging om weg te geraken. Ondertussen vertrok de man in de auto. De man van de moter riep hem nog na: 'Hé, ik geef jouw adres op als getuigen eh!' De man knikte en stapte in zijn auto. Wat was dit? Die auto man had niet eens zijn adres gezegd, dus die moterman kende de automan. Was dit allemaal opgezet spel? Dit dacht ik pas achteraf, op dat moment was ik te hard bezig met Ilse. Wat moest ze nu doen? Ze zei ons te vertrekken, anders zouden we onze bus missen. We wisten dat ze gelijk had, dus lieten we haar met pijn in het hart achter. 'Hey, hier blijven! Dat ze jullie zo meteen een lekker kunnen fouilleren!' riep de man ons na. We draaiden ons om en wandelde weg, de man totaal negerend. Hij bleef maar roepen. Toen hij besefte dat we niet zouden blijven, riep hij: 'Geef dan jullie paspoorten! Voor de politie!' Hoeveel zin we ook hadden om onze middenvinger naar hem op te steken bleven we toch doorlopen. We kochten snel een zak chips en gingen naar de halte. Een kwartier later was de bus daar...
Tot ergernis van die gezellige jongen voor ons...