Claudia [gedicht]
        
Claudia
Je gouden haren, wapperend in de wind van de nacht
Een wrede moordenares in de vorm van een kind
Een jeugd die nimmer sterven zal
gemaakt door je persoonlijke slaven
Gebonden aan een poppengezichtje, gehuld in mooie jurken
Ze krijgt alles wat haar hartje begeert, behalve
de last van het ouder worden 
Wanhopig, klein meisje, moordend met haar vaders 
tot er niets meer overblijft 
Verkoold tot as, haar jeugd is voorbij
Bloedtranen over de wangen van haar geliefde, haar vader
Het bewijs dat jeugd kan sterven als het zonlicht
haar ware gezicht toont 
Een geest, verblind door woede
schreeuwend om de dood van haar geliefde
Opgebaard, verkoold, maar te oud 
om nog te sterven 
    
    
    Toril, vrouw, 34 jaar
 
 
 
        Log in om een reactie te plaatsen.
 
        vorige
    volgende