Ze kon niet in zich zelf geloven, Iets te vaak te veel bedrogen. Rood doorlopenogen, en een uitgedroogde mond. Getekend door het leven, Hoopt ze even haar omgeving te ontlopen, ze Hoopte dat zij in andere schoenen stond. Waarom is alles zo gegaan, veel te veel gegeven en nooit wat terug gekregen. Is het dit allemaal wel waard, vraagt zij zich telkens af en toch blijft ze staan. Ze denkt het wel, maar zegt het niet. Ze gaat er al vanuit alles komt met verdriet, geen mens die haar nog ziet. Dromen die vervagen hoop stroomt weg, die lange dagen. Als bedorven water, maar het doet haar niets. Waarom is alles zo gegaan, veel te veel gegeven en nooit wat terug gekregen. Is het dit allemaal wel waard, vraagt zij zich telkens af en toch blijft ze staan. Waarom is alles zo gegaan, veel te veel gegeven en nooit wat terug gekregen. Is het dit allemaal wel waard. Vraag ik me telkens af en toch blijft ik staan.