37280240 De Leraar, z'n Moeder, Broers & Talmidiem


ZOUDEN
ALLANG VERTROKKEN
ZIJN TEGEN DE TIJD DAT MARC
DE SYNAGOGE VERLATEN KON? MAAR YESJ
WAS NIET DE REDEN VAN MARCUS' ONGEDURIGHEID.
HET WAS DE AANBLIK VAN MIRYAM OP DE GALERIJ DIE HEM ERTOE AANZETTE
DE SYNAGOGE VÓÓR HÁÁR TE VERLATEN. HIJ WILDE ACHTELOOS ONDERAAN DE TRAP
STAAN WACHTEN, ALS ZE NAAR BENEDEN KWAM! MEEGEVOERD IN DEZE langzaam voortschrijdende
mensenstroom, verliet Marc de synagoge met 'n schuine blik naar haar. MIRYAM had hèm in 't gedrang
niet opgemerkt. Zij leek absoluut geen haast te hebben om het
plezierige gesprek met de vrouwen en kinderen
om haar heen te beëindigen.
Dus treuzelde ze,
knikkend en lachend,
en sloeg een arm om de kinderen heen
die schuchter aan haar rok trokken. Één keer wierp ze 'n verwachtingsvolle,
hoopvolle blik naar haar broer El'azar, die alleen z'n hand opstak om te bevestigen
dat híj voor háár naar Kfarnachum gekomen was! Marc zag haar glimlach even verbleken.
Toen rechtte ze haar rug en schouders en richtte opgewekt 't woord tot een klein blond meisje.
Het was alsof hij 'n àndere MIRYAM voor zich zag, níet langer meer de gekwelde schoonheid die hij gekènd had?!
Alsof ze op één of andere manier opnieuw gebóren wàs, en pas nú volledig TÒT háár oorspronkelijke dóel kwam!?
Ja, als minnares, als 'n morele verschoppeling wàs zíj adembenémend gewéést! Maar de deugd had 'n nieuwe
dimensie tóegevoegd áán haar schóónheid! Iets ondefinieerbaars? 'n Héél ànder sóórt van líefde
had nú pas bezit van haar genomen. Níet de liefde van één MÀN. Géén éigenliefde. NÉÉ.
Haar ogen leken íederéén òm haar héén te omàrmen, te verwèlkomen ÈN líef te hebben!
Haar gezicht straalde, tot Marc's stomme verbazing, hetzèlfde úit àls 't gezìcht van Yehosjoea?!
Hij voelde 'n scheut van jaloezie door zich héén gaan. Ach, liefde was ook niet àlles! Tòch?
't Wàs géén Bróód en geen Wíjn! Géén schúilplaats ìn de Stòrm. Geen goede nachtrust na 'n Lange Réis.
Liefde was níet de kling van een Goed Zwáárd. Géén Paard waarop een man ten Strijde kon trekken!
Liefde kon geen wond hechten. Geen gebroken been zetten. Liefde kon al evenmin 'n drenkeling uit Zéé redden.
Maar tòch... Marcus wìst dàt MIRYAM de dóód héél nabij geweest wàs, ènkel & alléén door gebrèk aan líefde.
Marc staarde onverbloemd naar haar. Ze straalde! Ze lééfde. Oprècht geïnteresseerd ìn wàt de vrouw
die haar hand greep tegen haar zei! Ja, ze was úitzònderlijk móói. Dat viel niet te ontkennen.
De liefde had haar tot 'n ànder Mensch gemaakt. Hij had haar begéérd. Hij had haar geháát.
Maar hij had er altijd naar verlangd zich óver te geven aan haar hàrtstocht! Hij was jaloers geweest
op al haar andere minnaars... wàs vóór háár zèlfs beréid gewéést òm te dóden?! Maar hij was pas ècht
van haar gaan hóuden, toen hij haar had zien zitten aan de voeten van Yesjoea! De líefde van Yesjoe
hàd háár 'n níeuw léven GEGÉVEN... op 'n manier die Marcus niet bevàtten kòn! Wàt zou ze zeggen,
als ze Marc ná zó'n lànge tíjd terugzag? 't Pàd dàt ze sámen bewandeld hadden, was zo overwoekerd geraakt
met doornstruiken, dat 't welhaast léék àlsòf 't er nóóit wàs gewéést! Maar toen Marcus haar dáár òp de galerij zag,
herinnerde hij zich hóe háár vìngers zijn RÙG hadden gestreeld & haar lìppen zíjn óór hadden beroerd als ze hèm
iets tóefluisterde. Hij had de HÈR-ÌNNERINGEN áán háár vóórtdúrend ìn zich méégedragen.
En nú had hij diezèlfde herinneringen méé terùggenomen. Hij zuchtte, toen ze zich afwendde
en naar de uitgang van dd synagoge liep. Zíj zou éérder búiten zijn dan híj. 'n Toevàllige
ontmóeting was nu úitgesloten!!mHij zóu haar moeten róepen? Terùgroepen!
Àls ze zich omdraaide, zou ze hem dàn herkènnen? Nee. Hij was ervan overtuigd
dat alleen híj zich àl die nàchten sámen herìnnerde. Als hij haar dááróver zóu aanspreken, zou ze hèm vàst
níetbegríjpend aankijken & zeggen dat hij 't had gedroomd. Zíjn Dróóm!
Níet de háre.
Dàt àlles wàs Verléden Tijd?
Àlsòf het NÓÓIT wàs gebéurd!
Eenmaal buiten, werd hij er óvergóten met zònlicht en zocht hij
de vertrekkende mensenmassa àf, op zóek naar háár!
Wáár wàs ze?
Was ze al
op de terugweg naar Magdala? Was ze op weg
naar het huis van een vriend
voor het avondeten?

11 feb 2020 - bewerkt op 17 feb 2020 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van Asih
Asih, man, 78 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende