37087 “Ik regel dat wel! Ga maar gauw! Je zult ………

NÍET WÉTEN WÀT JE ZÍET! IEMAND IS ÒNS VÓÓR GEWEEST. DE CIPIER IS ‘N TRILLEND HOOPJE ELLENDE. NEGEER HEM EN ZÒRG DAT JE ZO SNEL MOGELIJK WEER BÚITEN BENT!” Met ‘n niet begrijpende blik in hun ogen besloten ze nu liever geen vragen meer te stellen. Marcus wees de mannen de weg naar de cel van hun meester. De geur van mirre zweefde al door de lucht en verdreef de geur van de kampvuurtjes. Marc kocht een kar en een os van de veedrijvers en betaalde hen bovendien ook zwijggeld! Filippus & Avram droegen het in een doodskleed gewikkelde lichaam op een plank naar boven & legden het behoedzaam op de kar en bedankten Marcus zonder woorden! Ze dachten klaarblijkelijk dat hij ervoor gezorgd had dat de Doper voorbereid was voor de begrafenis? Met ‘n strakke blik schudde hij z’n hoofd en ontkende op die manier iets te maken te hebben met wat hier gebeurd was? Opnieuw gebood hij hen aan niemand maar íets over dit gebeuren te vertellen & enkele minuten later waren ze op weg. Marcus glipte weg door de achterpoort van ‘t zgn. “koninklijk paleis”....
Aveel bracht op zijn beurt de gebroken kruik naar ‘t land van de pottenbakker. Honderden stukken van amfora’s & aarde-werken kruiken dienden als grafstenen op de plek waar de armen & de daklozen van Yeroesjalayiem begraven lagen waar nu ook Chai rustte. De stevige kleigrond was kletsnat van de regen. Aveel sleepte zich moeizaam voort naar de plek waar de Musschen uit de steengroeve lagen. Hun graven waren er nòg beklagenswaardiger dan de rest. Ze waren gemarkeerd met scherven van gewone kruiken, àls er al ‘n gedenkteken òp làg. Maar Aveel wilde niet dat die lieve Chajiem, z’n harts-broeder, helemaal alleen onder de grond zou liggen, zònder aandenken aan zijn korte leven. Dùs had Aveel die gebroken amfora bij zich, waarachter ze zich verborgen hadden tijdens ‘t laatste grote avontuur dat ze sàmen nog beleefd hadden!
‘t Was ‘n grote kruik: groter dan de rest! Àls Chajiem nog in Léven gebleven was, zou híj vàst heel groot geworden zijn...
Emet liep schoorvoetend achter Aveel aan naar de hoop vers omgewoelde aarde, die als gevolg van de stortvloed al bezig was te verzakken. De kluiten klei lieten geen spoor achter van degene die hier begraven was. ‘t Was maar goed dat Aveel eraan had gedacht de gebroken wijnkruik mee te nemen en dat hij niet te làng gewacht had. Als het noodweer nòg ‘n dag aanhield, zou èlk bewíjs van Chajiems leven en dood weggespoeld zijn. Aveel had zó krampachtig geprobeerd zijn tranen in te houden dat z’n hoofd er zéér van deed. Maar hij wilde niet huilen, níet híer! Hij klemde z’n kaken op elkaar & bij elke ademtocht kreunde hij. De zon kwam op. Aan welk eind moest Aveel de grafsteen neerzetten en in welke richting hadden ze Chai begraven? Waar lag zijn hoofd en waar zijn voeten? DÀT was belangrijk, omdat het licht door de opening van die amfora zou schijnen en het gezicht van G d zou laten zien?! Aveel bekeek de andere graven nauwkeurig en probeerde in de warboel te ontdekken hóe de menschen wáren begraven. Hij kwàm er níet úit & troostte zich met de gedachte dat het waarschijnlijk níet veel uitmaakte?! De zon kon Chajiems hóófd èn vóeten verwarmen. Aveel knielde neer in de modder & schraapte wat aarde wèg òm de amfora vàst te zetten. Emet wilde hem helpen, maar Aveel protesteerde luidruchtig & hij duwde hem weg.........
22 jan 2020 - bewerkt op 26 jan 2020 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van Asih
Asih, man, 78 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende